maandag 17 december 2012

Dreams


He lived high and lonely, wandering among cloudy dreams and far-away visions. Then he saw a girl below and his heart fell burning to the ground. He loved her, as they say, but his love was different from the love of others, for it was charged with all the raging fire of his young dreams and filled with a deep longing for the empty spaces beyond the world. And for a while his dreams grew yet more vivid, more powerful as they were touched by this mysterious new love for a single human being.

But then she turned away, and his heart grew sick, and all his dreams came tumbling from the sky, shattering into thousands of tiny fragments that were lost on the bitter wind. And a wailing arose in the sky, and he knew that he was naked now and alone, robbed of the visions that had covered him, and stuck to the cold cold earth. And he cried wild tears for his dreams that were gone, for the girl that had made him mad, and for all the raging pain and lonesome suffering of this old and dying world.

Then he wished only to sleep, to be covered forever by cold nothingness. He wished for a great rain to come down, and to fall for days and weeks and years, to wash away all the sickness that had grown in his mind since one girl walked into his dreams and broke his growing spirit.



He leefde hoog en eenzaam, dolend door een wereld van wolken en dromen en verre visioenen. Toen zag hij een meisje onder hem, en zijn hart viel branden naar de aarde. Hij hield van haar, zoals ze het noemen, maar zijn liefde was anders dan de liefde van anderen, want zij was geladen met al het ruisende vuur van zijn jonge dromen en gevuld met een diep verlangen naar de lege gebieden voorbij de wereld. En voor even werden zijn dromen nog helder, nog krachtiger terwijl ze aangeraakt werden door deze mysterieuze nieuwe liefde voor een ander mens.

Maar toen wendde zij zich af, en zijn hart werd ziek, en al zijn droom kwamen uit de lucht naar beneden gestort, en versplinterden in duizenden kleine scherven die vervlogen op de bittere wind. En een gejammer verrees in de lucht, en hij wist dat hij nu naakt was en eenzaam, verstoken van de dromen die hem beschermd hadden, en vastgenageld aan de koude koude aarde. En hij weende wilde tranen voor zijn dromen die verdwenen waren, voor het meisje dat hem tot waanzin gedreven had, en voor alle wilde pijn en eenzaam lijden van deze oude en stervende wereld.

Toen wenste hij slechts nog te sterven, voor eeuwig bedekt te worden door het koude niets van de dood. He wilde dat een grote regen neer zou vallen, dagen en weken en jarenlang, en al de ziektes weg zou spoelen die in zijn gedachten gegroeid waren sinds één meisje zijn dromen inliep en zijn groeiende ziel brak.