dinsdag 19 juni 2012

So in America...

So in America when the sun goes down, and I sit on the old broken-down river pier watching the long long skies over New Jersey, and sense all that raw land that rolls in one unbelievable huge bulge over to the West Coast, and all that road going, all the people dreaming in the immensity of it, and in Iowa I know by now the children must be crying in the land where they let the children cry, and tonight the stars will be out, and don’t you know that God is Pooh Bear? and the evening star will be drooping and shedding her sparkler dims on the prairie, which is just before the coming of complete night which blesses the earth, darkens all rivers, cups the peaks and folds the final shores in, and nobody, nobody knows what’s going to happen to anybody besides the forlorn rags of growing old, I think of Dean Moriarty, I even think of Dean Moriarty the father we never found, I think of Dean Moriarty.
Dus als in Amerika de zon ondergaat, en ik zit op de oude vervallen steiger aan de rivier en kijk naar de weidse weidse hemel boven New Jersey, en voel hoe heel dat ruige land in één onvoorstelbaar grote golf naar de westkust rolt, en al die eindeloze wegen, al die mensen dromend in de weidsheid van het land, en in Iowa weet ik dat nu de kinderen wenen in het land waar ze kinderen laten wenen, en vannacht zullen de sterren verschijnen, en weet je niet dat God Winnie de Poeh is? en de avondster zal zich buigen over het land en haar flikkerende licht over de prairie uitgieten, en dat is net voor de komst van volmaakte nacht die de aarde zegent, rivieren verduistert, bergtoppen afvlakt, en de laatste stranden indekt, en er is niemand, niemand die weet wat een mens zal overkomen behalve de verlaten vodden der ouderdom, dan denk ik aan Dean Moriarty, dan denk ik zelfs aan Dean Moriarty, de vader die we nooit vonden, dan denk ik aan Dean Moriarty.
From: On the Road by Jack Kerouac.

donderdag 14 juni 2012

Common-Place

To call a thing 'common-place' becomes therefore just the same as if you confided to your friend the fact that you felt sick or insane. I believe the most unphilosophical, irreligious and immoral word in the English language is the word 'common-place'.

Een ding 'gewoon' noemen is voor mij hetzelfde als een vriend toevertrouwen dat je ziek bent, of je verstand verloren hebt. Van alle woorden in onze taal is 'gewoon' in mijn ogen het meest onfilosofische, irreligieuze en amorele woord.

maandag 4 juni 2012

Questions

Dear child sitting by the sea-side alone, can you tell me what they mean? Waves rushing and gulls crying, the slow ebb and tide of the sea. You who are so young and brave, with eyes so much wiser than mine.

You must know what they mean. People we meet and love and lose, days passed in joy or pain, the slow grinding weariness that comes with the years. Who called them forth to attend on our way? What do they mean to tell us?

I was a child once too they say. A boy stares at me from picture-books and video-tapes. But am I that boy? He had the answers to my questions, but no words to speak them. And I who have learned so many words to say what I mean, I have lost the eyes to see.

Ach kind zittend alleen aan de kust, weet jij wat het betekent? Ruisende golven en roepende meeuwen, het lome eb en tij van de zee. Jij die zo jong en moedig zijt, met ogen zoveel wijzer dan de mijne.

Jij moet weten wat het betekent. Mensen die we ontmoeten en liefhebben en verliezen, dagen verwijld in vreugde en pijn, de langzame vermoeidheid die komt met de jaren. Wie riep hen op om ons te vergezellen? Wat willen ze ons zeggen?

Eens was ook ik een kind, zo zegt men. Een jongen staart me aan vanuit fotoalbums en videobeelden. Maar ben ik die jongen? Hij had de antwoorden op mijn vragen, maar geen woorden om ze te spreken. En ik, ik die zoveel woorden leerde om te zeggen wat ik wil, ik verloor de ogen om te zien.